Subarctic




Subarctic




Het gebied bestaat uit naaldwouden, rivieren en meren. In het noorden een overgang naar de toendra.
Het koude noorden.

De Puyallup Nisqually hebben een stamnaam die niet gemakkelijk te onthouden is. Zij behoren tot de minder bekende stammen in het gebied, dat nu grotendeels in Canada ligt. Deze stam leeft in het grensgebied met de Noordwestkust culturen.
Het is een gebied met voornamelijk Naaldwouden en gedeeltelijk toendra. Indianen in dit gebied bekwaamden zich met name in de jacht. Later hielden veel zich ook bezig met de handel in beverpelzen ten behoeve van de Hudson Bay Company. Hoeden van beverbont waren in Europa in de 19e eeuw erg populair. Later kwam ook de Northwest Company als concurrent op de proppen. Veel indianen vermengden zich met Franse handelaren. Daar kwamen de Métis uit voort: een volk van Mestiezen (half indiaans, half Frans), die zich met name vooral met de jacht en pelsenhandel bezig hielden.
Omdat de winters in dit gebied nogal vroeg invielen, werd er door de jagers veel gebruik gemaakt van de sneeuwschoenen en de Tobogan (houten slee). verder zijn in dit gebied vooral de Kutchin bekend vanwege hun opvallende kleding en haardracht(zie afbeeldingen) en met name ook de Cree die door hun opstand het nieuws haalden.
In het Noorden grenst dit gebied aan dat van de Eskimo's of Inuit. Zij hebben het voor elkaar gekregen dat ze het redelijk voor het zeggen hebben in hun gebied. 

Andere jagers in het gebied grenzend  aan die van de Noord-Westkust waren de Tahltan. Ze lieten net als de Noord-Westkust indianen vaak hun snor en baardharen groeien.
Puyallup Nisqually
Stammen
1.Montagnais
2.Naskapi
3.Objibway
4.Saulteaux
5.Carrier
6.Beaver
7.Dogrib+
Tobbogan
Chippewa op Standing Rock reservaat ( is eigenlijk Sioux reservaat)
 8.Cree
    *East Cree
    *West Main Cree
    *Western Wood Cree
 9.Yellowknife
10.Kutchin
11.Hare
12.Puyallup Nisqually
13.Tahltan
14.Ahtna
Naskapi kleding
cree
Kutchin
Carrier met ceremoniƫle outfit van schelpen, walrussnorharen en menselijk haar.
Cree
Cree met bontmuts
Cree met bontmuts
Indiaan uit het Noordwest Territorium
Ahtna meisje met draagband
Naskapi

De Naskapi wil ik hier nog even speciaal noemen vanwege bv.de klederdracht. Het is een beetje vergelijkbaar met de Seminole in het zuiden, maar in een iets andere stijl. Het is een stijl die ze gemeen hadden met o.a. de Micmac  De meer tradionele kleding leek op die van de eskimo's en was ook aangepast aan een koude omgeving. Hier te zien bij de afbeelding van het echtpaar. Ook zij waren voor een groot deel afhankelijk van de jacht op o.a. de kariboe
( zie Noordoost)  

Verder zijn ze nog niet zo lang geleden in het nieuws geweest. Tegenwoordig gaan de Naskapi en Montagnais samen onder de naam Innu, niet te verwarren met de Innuit, de naam die de Eskimo's aan zich zelf geven. De Innu kwamen recentelijk steeds in verzet tegen met name luchtmachtoefeningen boven hun jachtgebieden. Omdat het ook Nederlandse oefeningen betrof haalden zij hier regelmatig de krant. De oefeningen zouden hun jacht belemmeren door de opschrik van de dieren. De Innu zijn nog erg afhankelijk van deze jacht.
Naskapi
Naskapi
Kuilhuis
Hut met karibouhuid. Dogrib
Cree. Berkenbasten teepee
Woningen.

In het koudere Noorden werden uiteenlopende woningen gebruikt afhankelijk van het klimaat en materialen. Ook was er de invloed van andere culturen Een veel gebruikte woning was het kuilhuis In het westen werd veel gebruik gemaakt van berkenbast bv.in tepeevorm
In het gebied grenzend aan de toendra werd uiteraard veel gebruik gemaakt van kariboehuiden om de hutten of tenten mee te bedekken. In het zuiden waren de tenten vergelijkbaar met die op de prairie. Soms werd alleen wat hout en schors gebruikt
De eerste Amerikanen

Precies weten we het niet, maar ongeveer 25.000 jaar geleden kwamen de eerste indianen via de Beringstraat, die toen droog lag, Amerika binnen. Er zijn ook theorieën die uitgaan van veel eerder tot zelfs 40.000 jaar terug of juist veel later.
Vermoedelijk trokken de eerste jagers achter het wild aan die ook de straat overstaken.
Hun wapens waren nog primitief met voornamelijk stenenpunten en de eerste dieren waarop gejaagd werd waren mogelijk kariboes. Er  werd ook driftig gejaagd op mammoets. Indianen hebben ook bijgedragen tot het uitsterven van deze dieren.
De eerste Amerikanen
Kariboejager
Ontwikkeling speerpunten
Sneeuwschoenen
Tobogan
kariboe

De zorg om het bestaan

De boven beschreven jacht was hier in het noorden vooral op de Kariboe. Kariboehuiden werden verwerkt tot tepeebekleding en jachthemden en leggins. Verder werd gejaagd op Eland en Wapitihert en kleiner wild zoals hazen en konijnen en gevogelte.
Er werden vallen gezet ten behoeve van de beverpelzenjacht. Onder invloed van de vraag van de blanken nam deze jacht. schrikbarend toe.Ook hier bestond het voedsel verder uit o.a zalm uit de rivieren en noten en vruchten uit het bos. In de winter ging men ijsvissen. Men verplaatste zich met tobogan en sneeuwschoenen.
Rond de grote meren werd wilde rijst verbouwd.
De Saulteaux

Deze indianen werden volledig aangeduid als de Saulteaux van lake Winnipeg. Ze zijn verwant aan de Zuidelijke Ojibwa(y) of Chippewa. Ze gebruikten soms de term: aniâ-â-â-ina'pe', hetgeen persoon betekent. De Ojibway namen de plaats in van Cree, Sioux en Fox die rond 1750 verder naar het westen werden verdreven. Ze hielden zich voornamelijk bezig met vallen zetten (bevervangst), jacht en met name visvangst op het meer. De vis werd bewaard in containers.
De  afgebeelde hoofdman is Chief Peguis. Hij draagt een opvallend ornament , waarschijnlijk spiegel, versierd met belletjes aan een gedecoreerde halsband. Op de rug een pijlenkoker met boog. In zijn linkerhand een tomahawk met mesvormig scherpdeel en een kruithoorn. Zo werd hij rond 1821 gezien bij de monding van de Red River ( in het zuiden mond deze uit in lake Winnipeg) door Peter Rindisbacher.
peguis
Berkenbasten canoe
Berkenbasten canoe

Het transportmiddel bij uitstek in het Grote Meren Gebied was de indiaanse kano van berkenbast.
Het materiaal was daar volop voor handen. Er werden ook wigwams in o.a. teepee vorm, berkenbasten manden en containers van gemaakt.
Hier is een krijger op weg om beverhuiden te verhandelen. Met name de Fransen zetten hun bondgenoten
oa de Huron aan om beverhuiden te leveren. In Europa waren hoeden van beverbont erg gewild.
Dat alles leidde tot een concurentiestrijd tussen de indianenstammmen onderling: de zogenaamde Beveroorlogen.
Uiteindelijk had dat weer tot resultaat dat de Iroquois (bontgenoten van de Engelsen) het gebied rond de grote Meren en met name de streek van de Huron, Petun en Neutral schoonveegden.
Ook de Canadeze stammen raakten bij de Beverjacht betrokken.
Later nam met name de Hudson Bay Compagny de rol van de Fransen over. 
Stoney indian
Cree. Pee-Pee-chis
Tahltan jager
Objibway, vrouw met kind
Sour Spittle( Chippewa-Red lake Band)
Sour Spittle( Chippewa-Red lake Band)
Cree krijger
Chippewa 17e eeuw
Chippewa 19e eeuw
Nah-gun-e-gah-bow, Rabbit Lake Chippewa
Chippewa in een latere stijl
Akaitcho en zoon van de Yellowknifes in 1820. De stam was bekend om de vervaardiging van wapens uit koper. De invloed van deze hoofdman verminderde
Beroemde namen

Louis Riel

Uit deze regio zijn minder beroemde namen naar voren gekomen. Relatief gezien was de verstandhouding tussen de indianen en de Canadezen beter dan in de VS. Heel veel indianen in het uiterste noorden en westen hadden te veel tijd nodig bij het zoeken naar voedsel. Ze hadden geen tijd om te vechten. Zelfs niet met elkaar. Maar soms waren er misstanden en kwamen de indianen in verzet. Onderling werd ook veel gevochten om de rechten van de pelshandel. Ook hier werden de indianen uitgebuit in de strijd tussen Fransen en Engelsen.
Later had de Hudson Bay Compagnie veel in de melk te brokkelen en zij waren afhankelijk van de indianen. Eén bekende naam die naar voren komt is die van Louis Riel een kwartbloedzoon van een Métis ( halfbloed Ojibwa/Fransman). Hij leidde een paar keer een opstand vanwege landrechten van de Métis en het terugeven van land aan de regering door de Hudson Bay Compagnie. Hij kreeg een aantal Cree-indianen mee: Poundmaker en Big Bear. De Canadezen zaten een paar keer in het nauw: bij Battleford(Saskatchewan) en Cut Knife Hill. De twee opstanden mislukten. De eerste in 1870, de laatste in 1885. De laatste slag was voor generaal-majoor Frederick Middleton bij Batouche. Riel werd opgehangen na een proces. De indianen werden vrijgelaten omdat ze ziek werden in de gevangenis.
Louis Riel
Frederik Middleton
Poundmaker
Cree indiaan
Kleurplaat Poundmaker
Kleurplaat Ahtna meisje
Indianen in het nieuws in de 20e eeuw.

Ook in de jaren 1970 van de vorige eeuw werd nog hier en daar de vredespijp gerookt. Onze prins Bernhard deed dat in Groningen met The Canadian Prairie Dancers. De prins had de bijnaam De Vliegende Adelaar gekregen vanwege zijn verdiensten in de Tweede Wereldoorlog.
De Engelse prins Charles deed dat in Galgary (Canada) ter herdenking van het 100 jaar daarvoor afgesloten verdrag van de Blackfoot met Queen Victoria. Hij rookte de pijp met medicijnman Ben Calfrope.

The Eklutna Native village is van een Federaal erkende stam van Tanaina Athabascan indianen, officieel sinds 1971. het heeft een station sinds 1918.
de Russische Othodoxe levensbeschouwing is hier vermengd met oude tradionele gebruiken. Er is ook nog een Knik Tribe  van Tanaina bij de Knik Arm van de Cook Inlet in de Mat-Su Borough.

1975. Stoney indianen zetten een wilderniskamp op aan de voet van de Rockey Mountains. Ze bouwen onderkomens en zetten vallen om in leven te blijven. Ze geven aan juist blanken onderricht in hun leefwijze, kralenwerk, filosofie en dansen.
men leert iets over de natuur en de doeren die daar leven. men kan ook kanovaren en paardrijden. Behalve dat wordt ook ingegaan op de problemen en de verhoudingen tussen rood en blank.

In de zomer van 1984 bezoekt de  paus Johannes Paulus  II in Quebeck ook de indianen. Hij zei de strijd voor de eigen identitiet van de indianen te ondersteunen.

Al in 1986 meldt de Haagsche Courant en in 1988 Trouw het protest van de Innu (Montagnais en Naskapi), niet te verwarren met de Inuit(Eskimo),tegen de oefeningen van de Nederlandse F16 vliegtuigen boven hun jachtgebieden. Volgens een verdag met Canada van 1986 zijn de oefeningen verplaatst naar Goosebay. Er worden zelfs proefnemingen met bombardementen uitgevoerd.De vliegtuigen komen zelfs zo laag als 20 meter boven de grond en breken door de geluidsbarriëre. Het wild, waarvan de Innu met name in de wintermaanden afhankelijk van zijn wordt juist in het jachtseizoen verjaagd door de vliegtuigen aldus de Innu. Met name de Kariboe is sterk in aantal afgenomen.De protesten kwamen zelfs tot aan het Binnenhof maar ook ter plaatse bij de Goosebay. Ze hebben gefilmd en willen de film zelfs slijten aan een omroep.
Canada heeft een milieucommissie benoemd om de zaak te onderzoeken. Dat kost wat tijd en de Tweede Kamer legt dus de protesten naast zich neer. De kamer blijft bij de  eerdere afspraken met Canada. Men beweert: de Innu protesteren niet tegen het laagvliegen maar in feite tegen inmenging van Canada. Ze willen alleen zeggenschap over hun leef en jachtgebieden. Bovendien bied  een Navo- trainingsbasis in Labrador grote economische voordelen.
Er worden bij de protesten indianen opgepakt, ze moeten zich verantwoorden voor de rechter wegens het verstoren van de openbare orde.

Juli 2021  In Canada worden honderden graven ontdekt van Inheemse kinderen die op met name katholieke scholen werden gedwongen hun cultuur te vergeten en zo snel mogelijk "wit"te worden. Ze werden streng en onrechtvaardig behamdeld en mishandeld. vele vonden de dood. het zijn hun graven die nu worden blootgelegd. Paus Fransiscus ontvangt wel een delegatie, maar zijn op dit moment ( 3 juli) nog geen excuses aangeboden.

Juli 2022 Paus Fransiscus biedt openlijk bij een bezoek aan Canada zijn excuses aan. Als eerbetoon krijgt hij een hoofdtooi op zijn kruin gedrukt. Dit gebaar blijkt wat omstreden te zijn.